Af en toe zijn er meldingen van corona binnen de organisatie. In februari 2023 heeft het OMT geadviseerd om de specifieke corona-maatregelen te stoppen. Vanaf dat moment gelden landelijk de algemene maatregelen voor alle luchtweginfecties*. Het COVID-19 test- en isolatieadvies voor zorgmedewerkers is toen vervallen. Het afschaffen van de coronamaatregelen betekent voor ons niet dat we er op locaties niet scherp op blijven letten.

Positief getest op corona

Als een van de clienten positief is getest op corona dan wordt er met de cliënt, verwanten, begeleiders en teammanager overlegd hoe we daar het beste mee om kunnen gaan.Het doel van het overleg is de kans op besmetting van anderen en de gezondheidsrisico’s zo klein mogelijk te houden. 

Wat het beste is voor de situatie op de locatie kan variëren van geen maatregel tot het advies een paar dagen thuis (of in kamer) te blijven én alles daartussen in. Denk aan afstand houden en het dragen van een mondkapje type II. Extra handhygiëne is in alle situaties een dringend advies.

Najaarscampagne coronaprik

Inmiddels worden bij de ggd’s maatregelen getroffen voor de prikronde in het najaar. Begeleiders zullen met cliënten en verwanten bespreken wat hierin wenselijk is. Aan de hand van de uitkomst worden er vervolgafspraken en -acties uitgezet. Uiteraard blijft wel of niet laten vaccineren een keuze die we van een ieder respecteren. Rond 15 september ontvangen verwanten meer informatie over de najaarscampagne

Veelgestelde vragen

Het RIVM heeft de de veelgestelde vragen over de najaarscampagne verzameld op haar webpagina. https://mijnvraagovercorona.nl/nl/vaccineren/veelgestelde-vragen-over-de-coronaprik-dit-najaar

Zorgmedewerkers met klachten van een luchtweginfectie

Voor alle zorgmedewerkers met klachten van een luchtweginfectie houden we het RIVM-advies aan. Dat betekent dat zorgmederkers in overleg met de teammanager thuis werken als dat mogelijk is. Als dit roosterproblemen geeft dan zal de medewerkers tijdens het werk een chirurgisch mondneusmasker, ten minste type II dragen, om besmetting van cliënten en collega’s te voorkomen. Waarbij het fysieke contact en verzorging zoveel mogelijk aan andere collega's wordt overgelaten.